‘Ik las laatst jullie interview met Geert Bettinger, waarin hij beschrijft dat koffiedrinken met de bewoner de hoofdtaak van de verzorgende moest zijn’, vertelt Lianne Herms, die als leefpleziercoach verzorgenden traint bij Wonen bij September. ‘Dat past precíes in onze visie: ongehaast aandacht hebben voor bewoners, zorgen vanuit het hart, en niet vanuit de structuren die ooit bedacht zijn in zorgland.’ Want stiekem volgen veel zorginstellingen hetzelfde ritme, ziet Herms: de ochtendploeg haalt bijvoorbeeld alle bewoners een voor een uit bed, waarop ze op tijd bij de koffie zitten.
Ontbijten in ochtendjas
Bij Wonen bij September gaat dit anders: ‘Wie zegt dat bewoners altijd vroeg op willen staan? We vragen altijd aan de bewoner of hij eruit wil, of dat hij nog even wil blijven liggen. En als de bewoner wil blijven liggen, en we zijn daarna druk met andere bewoners, dan vraagt iemand tussendoor of de bewoner alvast ontbijt op bed wil. Of in ochtendjas aan de ontbijttafel wil zitten. Het hóeft allemaal niet op een bepaalde manier te gaan, dat zit in ons hoofd. Thuis heb je ook niet altijd zin om aangekleed aan je ontbijt te zitten, of op hetzelfde tijdstip op te staan, dat is in een zorginstelling niet anders. We laten de dag komen zoals hij komt.’ Een ander voorbeeld: er moet ’s ochtends suiker geprikt worden bij een bewoner die nog in bed ligt. Herms: ‘Als de bewoner nog geen zin heeft om eruit te gaan, prikken we die suiker gewoon als hij op bed ligt. Eigen regie is heel belangrijk. Dus al doet een bewoner er drie kwartier over om zijn gezicht te wassen, als hij dat wil, dan gebeurt dat gewoon.’
Te druk
Takenlijsten afwerken is uit den boze in de zorgorganisatie, goed kijken naar de bewoners van cruciaal belang. ‘Observeren van bewoners is zo belangrijk’, stelt Herms. Maar hier hebben verzorgenden toch niet altijd tijd voor? ‘Natuurlijk hebben verzorgenden het druk’, reageert Herms, ‘maar ik denk dat veel drukte te vermijden is. Bij ons helpt het bijvoorbeeld dat we niveau-overstijgend werken, niet alle zorgtaken zijn strak afgebakend. Hier geldt: één team, één taak. Dus als een bewoner er stilletjes bijzit, of juist onrustig is, kan je bijvoorbeeld de kok of gastvrouw vragen om even met hem te gaan wandelen. Of de verzorgende doet dit zelf, en laat de was dan gewoon even staan: dit kan de nachtdienst ook doen. Het is goed om kritisch naar je taken te kijken, en te beseffen: het welzijn van de bewoner is de belangrijkste taak.’
Wennen
‘De hoofdregel is: we hebben geen tijd om te haasten’, stelt Herms. ‘Dat is in het begin wennen voor nieuwe verzorgenden’, glimlacht ze, ‘die zitten dan koffie te drinken met een bewoner, maar voelen zich daar toch wat ongemakkelijk onder: moet ik niet iets gaan doen? Wat zullen collega’s wel denken, dat ik nu niet druk aan het werk ben? Maar dat is juist de bedoeling. Wat je op dat moment doet, dat ís werken bij ons. Er zijn voor de bewoner, werken vanuit je hart. En niet vanuit het gevoel dat je bezig moet zijn. Deze werkwijze past trouwens niet bij alle verzorgenden hoor. Sommigen vinden het juist fijn om houvast te hebben aan de structuur van het verpleeghuis. Terwijl bij ons geldt: de bewoner volgt niet ons, wij volgen de bewoner.’ Hierbij wordt de klok losgelaten: als een bewoner een keer tot 23 uur wil doorzakken met een borrel in de huiskamer, is dat prima. Herms: ‘De nachtdienst kan ook iemand naar bed brengen. Verzorgenden moeten in het begin misschien een beetje wennen aan deze werkwijze, maar uiteindelijk zijn ze er heel enthousiast over: eindelijk kunnen ze écht aandacht hebben voor de bewoner.’
Dus wanneer een bewoner onrustig is, gaat iemand met hem wandelen, of even koffiedrinken in het café waar hij zo graag zit. ‘Dat kan misschien als een zinloze bezigheid klinken, voor een verzorgende’, vertelt Herms, ‘maar door dat kopje cappuccino krijgt de bewoner het gevoel: ik word gezien en gehoord. Daardoor creëer je veiligheid en geborgenheid die zich vertaalt in minder onrustgedrag, wat uiteindelijk óók tijdswinst is.’ Stilstaan en de bewoner goed observeren is sowieso een belangrijke taak van alle medewerkers, stelt Herms: ‘Sommige mensen met dementie kunnen dingen niet goed meer aangeven, dan is het belangrijk dat je op hun lichaamstaal let. Door goed te kijken, zie je wat de bewoner nodig heeft. En dat lukt niet als je aan het rennen bent.’
Geen gesloten afdeling
Wonen alsof je thuis bent, dat is leidend bij deze zorgorganisatie. Hierbij horen geen gesloten deuren op de pg-afdeling, zoals je regelmatig in reguliere zorginstellingen aantreft. ‘Die blijken ook niet nodig te zijn’, legt Herms uit, ‘want door de ongehaaste aandacht die bewoners krijgen, merk je dat er veel rust en veiligheid heerst. Hierdoor lopen bewoners minder snel weg. En bewoners die dat wel doen, mogen gewoon hun eigen weg gaan. Hierbij gebeuren nauwelijks ongelukken.’
Wonen bij September is een vrij nieuwe zorgorganisatie, die bijna zes jaar geleden is opgestart. Is het hierdoor niet makkelijker om een compleet nieuwe visie op de zorg los te laten? Herms betwijfelt het: ‘We nemen ook traditionele zorginstellingen over, waarbij we gewoon ons gedachtengoed implementeren. Het leefplezierprogramma wordt ook uitgerold in de woonhuizen van zorgorganisaties Compartijn, Van Hollant en woon- en zorgvoorziening Bloemendael. Dat gaat prima.’ En dat dit gedachtengoed zijn vruchten afwerpt is duidelijk, stelt Herms. ‘We geven amper onrustmedicatie, en zien depressies verminderen. En het valt op dat mensen minder snel achteruitgaan in hun dementie. We hebben een bewoner gehad die kwam uit een hospice, en heeft vervolgens nog twee jaar bij ons gewoond. Aan de ene kant was ze klaar met het leven, maar ons eten rook zo lekker en ze vond het zo gezellig, dat ze toch steeds aanschoof aan tafel.’
Lijk mij een mooi idee zorgen dat de zorgvragers weer de eigen regie krijgen niet iedereen is het zelfde
Wat fantastisch!
Geweldig om zo te leven en net zo geweldig om zo te werken!
ik zeg: dat wil ik ook!
Eindelijk een organisatie die het snapt. Een kanttekening, laat mensen slapen en maak ze niet wakker. Is er een doorslaapbeleid, daar ben ik dan wel weer benieuwd naar.
Maar zo wil je werken als zorgverlener, en zo wil je oud worden.