De ZelfredzaamheidsRadar -die nu een paar jaar bestaat, en onlangs vernieuwd is- kunnen verzorgenden samen met de cliënt invullen. De tool heeft 15 domeinen (continentie, aankleden, mobiliteit, leervermogen, etc.) die je een cijfer kunt geven. Vervolgens ga je via het positieve gesprek samen met de cliënt op zoek naar oplossingen: kun je de zelfredzaamheid verbeteren met elkaar? Met een handig trucje, een hulpmiddel of bijvoorbeeld een slimme technologie?
Positieve gesprek
Verzorgende ig Arjo Verheijen -werkzaam in de thuiszorg bij Laurens- werkt er sinds een half jaar mee. Hiervoor volgde hij een speciale training, waarbij de nadruk lag op het positieve gesprek, dat gebaseerd is op de ideeën van Positieve Gezondheid. Hierbij leren verzorgenden zich te focussen op waar de cliënt aan wil werken, in plaats van dat de aandacht naar de klachten en gezondheidsproblemen gaat.
‘Als ik de ZelfredzaamheidsRadar met de cliënt invul, stel ik veel vragen’, zegt Verheijen, ‘wat is belangrijk voor de cliënt? Wat zou hij willen veranderen? Wat maakt zijn leven betekenisvol? En hoe krijgt hij dit voor elkaar?’ Het grote verschil met voorheen is dat Verheijen de cliënt zelf de oplossingen laat aandragen. ‘In het verleden droeg ik allemaal hulpmiddelen aan. Bij de ZelfredzaamheidsRadar denken cliënten zelf over wat ze nodig hebben. Het activeert hen om te bedenken: hoe zorg ik ervoor dat ik in mijn huis kan blijven wonen? In plaats van dat ze afwachten waar ik mee kom.’
Meer regie
Hij noemt het voorbeeld van de cliënt die niet voor zichzelf kon koken. ‘Normaal zou ik meteen in de zorgmodus schieten en een maaltijdservice inschakelen, maar nu bedacht de cliënt zelf dat hij iets kon regelen met zijn buren. Dat is natuurlijk top.’ Door cliënten actief te laten meedenken, krijgen ze meer de regie over hun leven, aldus Verheijen.
Zelf bedenken
Zoals de mevrouw die valgevaarlijk bij het douchen was. ‘Normaal zou ik direct een douchestoel bestellen’, zegt Verheijen, ‘nu stelde ik haar vragen: hoe gaat het douchen? Waar loopt u tegenaan? Ze vertelde bang te zijn om uit te glijden. Wat zou u daaraan kunnen doen? Ik vraag net zolang door tot ze zelf met die douchestoel komt.’ Dat kan betekenen dat de cliënt met een andere oplossing komt, dan Verheijen zelf had bedacht. ‘Dat is soms wel lastig. Maar het gaat om de cliënt, niet om mij. En als de cliënt het hulpmiddel zelf bedenkt, is er ook een grotere kans dat hij het gaat gebruiken.’
Deze nieuwe manier van werken vergt heel wat geduld, merkt Verheijen. ‘Dat voelt wel eens ingewikkeld. Je hebt als verzorgende de neiging om de zorg over te nemen, dat gaat ook sneller. Maar deze werkwijze is meer lonend, want je ziet hoe trots en blij cliënten zijn dat ze zelf op de oplossing komen.’ Als evv’er krijgt hij per cliënt 10-20 minuten de tijd voor zorgcoördinatortaken. ‘Daardoor heb ik voldoende tijd om de ZelfredzaamheidsRadar te doen.’
Meer zelfverzekerd
Het mooie van het positieve gesprek is dat Verheijen zijn cliënten zelfverzekerder ziet worden: ‘En het gesprek gaat niet meer over de ziekte of gebreken, maar over wat iemand nodig heeft om een fijn leven te leiden. En dat brengt mooie resultaten. Zoals de meneer die en ontkende dat hij eigenlijk moest revalideren. Maar dankzij het positieve gesprek was hij uiteindelijk bereid om een revalidatietraject te starten. Want hij zag het nut ervan in. Dat zijn mooie dingen.’