Nadat de wijkverpleegkundige het intakegesprek heeft gedaan zijn het met name de verzorgenden binnen Vierstroom Zorg Thuis die alert blijven op aanvullende informatie. Door de vertrouwensband die zij opbouwen horen zij meer over werk en hobby’s van vroeger en eerder doorgemaakt verdrietige of zelfs traumatische gebeurtenissen. Allemaal zaken die van invloed kunnen zijn op de wijze waarop de zorg het beste geboden kan worden. Jolanda de Wit – van Oosten, Lean Sintuinen en Astrid Nijmeijer, kunnen en over meepraten. Als verzorgenden bij Vierstroom stellen zij regelmatig met de wijkverpleegkundige het zorgplan van de cliënt bij.
Wassen tegen eenzaamheid
Wijkverpleegkundigen Anja Lavoir en Ria Beukenkamp zien de voordelen van verzorgenden als drijvende kracht achter een doelgericht en actueel zorgplan binnen de Vierstroom-zorgteams. Wijkverpleegkundige Ria: ‘Afhankelijkheid maakt niemand gelukkig. Voorheen wanneer een cliënt vroeg dagelijks gewassen te worden, dan deden we dat in de regel. Tegenwoordig kijken we scherper of hulp bij wassen ook echt is wat de cliënt verder helpt.’ Verzorgende Jolanda: ‘Vaak zijn er tips of hulpmiddelen waarmee het wassen wél zelfstandig lukt. Maar we zijn ook alert of de vraag van de cliënt mogelijk voortkomt uit een gevoel van eenzaamheid en de behoefte aan aandacht. Dan is niet het tekort aan zelfstandigheid bij wassen, maar eenzaamheid de diagnose waarmee we aan de slag moeten. En waar onze doelstellingen en activiteiten, het zorgplan dus, op moeten worden aangepast. Zo werken we als team doelgericht aan een zo zelfstandig mogelijke en een daarmee gelukkigere cliënt.’
Opbouwen van vertrouwen
Wijkverpleegkundige Anja: ‘In het eerste gesprek met de cliënt, de intake met anamnese, is soms na tien minuten al duidelijk wat de verpleegkundige diagnoses zijn waarmee we aan de slag moeten. Maar ik ken een voorbeeld waarbij een cliënt onverklaarbaar in paniek raakte wanneer we onder de douche het haar wilden wassen. De verzorgende kwam er vervolgens achter dat die cliënt als kind bijna verdronken was. Wassen bij de wastafel bleek toen de oplossing.’
Na een maand kousen aantrekken
Wijkverpleegkundige Ria: ‘Het klinkt misschien voor de hand liggend, maar voor zowel verzorgenden als verpleegkundigen valt hier nog veel te winnen.’ Verzorgende Lean sluit daarbij aan: ‘We hebben allemaal de neiging vooral te handelen, zonder voldoende stil te staan of we na een maand kousen aantrekken al dichter bij het doel zijn. Kiezen voor de snelste -en voor de cliënt de gemakkelijkste- weg breekt ons op den duur allemaal op.’ Verzorgende Astrid: ‘Een cliënt die niet meer wordt gestimuleerd de voordeur voor je open te doen, komt op enig moment zijn stoel niet meer uit. Die wordt eerder afhankelijker en blijft zo onnodig lang in zorg. Nog zoiets wat we ons niet meer kunnen veroorloven.’
Nanda NIC NOC
Wijkverpleegkundige Ria: ‘Binnen Vierstroom gebruiken we Nanda NIC NOC (NNN) bij het maken van een zorgplan. Deze manier van werken helpt je er achter te komen wat de cliënt zelf als probleem ervaart. Vervolgens helpt NNN je om keuzes te maken in hoe je als zorgteam kunt ondersteunen dat probleem zo goed mogelijk op te lossen. De verpleegkundige diagnose wordt in de Nanda toegelicht. Verzorgenden en verpleegkundigen hebben zo altijd zicht op wat er met die diagnose precies bedoeld wordt. Vervolgens helpt de NOC je een helder zorgdoel te kiezen en de NIC met welke activiteiten (zorg) je dat als team wilt bereiken. Verzorgenden pakken die activiteiten op en kunnen -door deze bij te houden in het zorgplan- direct zien of hiermee het doel van de zorg ook daadwerkelijk dichterbij komt. Zo niet, dan steken we als team weer de koppen bij elkaar.’
Meer waardering
Focus op zelfredzaamheid en kijken wat voor de cliënt belangrijk is, levert niet alleen gelukkige cliënten, maar ook gelukkige zorgteams op. Wijkverpleegkundige Anja: ‘Je merkt dat wanneer op deze manier wordt samengewerkt, het team ook groeit en dat ook uitstraalt. Teamleden nemen meer eigen verantwoordelijkheid en gaan zo nodig met elkaar in gesprek.’ Verzorgende Jolanda: ‘Je werkt samen aan een doel en vermijdt de automatische piloot. Je voelt je gewaardeerd want je werk doet er toe. Binnen deze teams blijven verzorgenden én verpleegkundigen graag werken. Uiteindelijk worden méér cliënten beter geholpen.’
