1. Bereid de stagiaire voor op die ‘ene cliënt’
‘Het is belangrijk dat je je leerling verzorgende zoveel mogelijk voorbereid op mogelijk seksueel grensoverschrijdend gedrag van een cliënt. Verzorgenden weten meestal precies welke cliënten ontremd gedrag vertonen, en het is belangrijk dat je je leerling hierop attendeert. Doe dit zonder dingen mooier te maken dan ze zijn. Zeg dus niet: “Die meneer zegt wel eens gekke dingen”, maar: “Die meneer zegt wel eens: ‘Wil je met me neuken?’” Als je de boel verbloemt met vage taal, maak je de situatie niet veiliger. Want je leerling is minder voorbereid en zal alsnog schrikken. Doordat jij de heftige zin ‘wil je met me neuken’ al gezegd hebt, haal je er lading vanaf. Dus benoem zo concreet mogelijk wat er kan gebeuren bij die cliënt.’
2. Neem van tevoren door wat je stagiare kan doen bij seksueel grensoverschrijdend gedrag
‘Verzorgenden weten vaak heel goed hoe je seksueel grensoverschrijdend gedrag bij een bepaalde cliënt kunt omzeilen, of wat de beste reactie erop is. Geef deze informatie van tevoren door aan je leerling. Op die manier maak je mogelijk seksueel grensoverschrijdend gedrag hanteerbaarder voor de stagiaire. Dus bij iemand die de neiging heeft om te gaan masturberen tijdens een zorgmoment, kan het helpen om deze cliënt iets te laten vasthouden. Een handdoek bijvoorbeeld, zodat er niet gemasturbeerd kan worden: de handen zijn immers vol. Geef dus tips, maar vraag ook of de leerling het ziet zitten om deze cliënt te verzorgen. Bied aan om het samen te doen. Of om voor te doen hoe je er zelf mee omgaat. Laat de keus hiervoor bij je leerling. Door de regie daar te laten, zet je diegene in zijn kracht, en maak je hem of haar niet onnodig klein.’
3. Leg uit dat seksueel grensoverschrijdend gedrag niet normaal is en je het niet hoeft te accepteren
‘Jonge leerling verzorgenden zijn extra kwetsbaar voor seksueel grensoverschrijdend gedrag. Ze zijn jong, knap en vaak wat onzeker. Dat zijn allemaal triggers voor grensoverschrijdend gedrag. Stagiaires, die in een afhankelijke positie zitten, hebben hier het meest mee te maken. Daarom is het extra belangrijk om hen hierbij goed te begeleiden. Vertel van tevoren dat er cliënten kunnen zijn met ontremd gedrag, zoals schelden, knijpen, slaan of seksueel grensoverschrijdend gedrag. Druk de leerling op het hart dat hij of zij aan de bel trekt als dit gebeurt, zodat jullie het kunnen bespreken. Het is een misvatting dat verzorgenden seksueel grensoverschrijdend gedrag stilletjes moeten accepteren, ‘omdat dat er nu eenmaal bij hoort’. Door dit van tevoren aan te geven, ontschuldig je het slachtoffer van tevoren, en verlaag je de drempel om erover te praten als er iets gebeurt. Want als iemand het voor zich houdt en er in stilte onder lijdt, loop je het risico dat je een heel waardevol persoon verliest voor de zorg.’
4. Gebruik niet je eigen grens als graadmeter
‘Wat voor de een ongewenst is, hoeft dat voor een ander niet zo te zijn. Besef dat je niet voor de ander kunt invullen wanneer iets grensoverschrijdend is. Daarom is goede communicatie belangrijk: wat is voor jou ongewenst? Projecteer je eigen grens niet op iemand anders. Waar jij misschien je schouders ophaalt als een cliënt je een tik op de billen geeft, kan een ander totaal van slag zijn na een seksueel getinte opmerking. Het is belangrijk dat er geen discussies ontstaan over of iets ongewenst is of niet. Wat iemand als ongewenst ervaart, ís ongewenst. De grens van je leerling is leidend. Ook al vind jij het zelf misschien een overdreven reactie. Vervolgens moeten jullie samen nadenken over hoe diegene weer een veilige werkomgeving krijgt.’
5. Toon begrip en vraag wat iemand nodig heeft
‘De grootste trauma’s ontstaan niet door het incident zelf, maar door de reactie van de omgeving. Als er geen begrip is, of het incident wordt gebagatelliseerd, voelt iemand zich alleen en kan hij of zij de schuld bij zichzelf gaan zoeken. Dit vergroot het trauma. We kunnen ontremd gedrag van cliënten helaas nooit helemaal uitbannen, maar we hebben wél controle over onze reactie op wat een slachtoffer meemaakt. Zeg nooit iets als: “Ah joh, hij kan er ook niks aan doen. Het hoort erbij.” Maar richt je op het slachtoffer: hoe is dit voor jou? Erken dat het heel vervelend is wat er gebeurde. En kijk dan samen wat iemand nodig heeft om een veilige werkomgeving te maken.’
6. Geef iemand na een incident de regie
‘Vertelt een leerling dat een cliënt ongewenst gedrag vertoonde? Stap dan niet in de valkuil dat je de controle overneemt en “dat varkentje wel even gaat wassen”. Waak ervoor dat je niet gaat invullen wat de ander op zo’n moment nodig heeft. Want zo ontneem je de ander de controle. En diegene wás de controle al kwijt, omdat er grenzen zijn overschreden door de cliënt. Hoe goedbedoeld ook, al dat redderen maakt de ander klein. Iemand voelt zich al klein en schaamtevol, en dan ga jij dat voor je leerling oplossen alsof hij een kind is, terwijl hij er niet om heeft gevraagd. Dat is niet fijn.
Vraag dus wat je leerling nodig heeft. Dat kan heel verschillend zijn. Misschien wil je leerling dat je de zorg voor de cliënt overneemt. Maar het kan ook dat je leerling graag terug wil naar die cliënt, terwijl jij op de achtergrond aanwezig bent, zodat de zorg afgemaakt kan worden en hij of zij er ook van kan leren.’
Het boek ‘Seksuele intimidatie in de zorg’ van Mathilde Bos kun je hier gratis downloaden >>